UDO

Waar er draken zijn, is er vuur. Dat zou zomaar een waar gezegde kunnen zijn, mochten draken effectief bestaan… Het verhaal vangt aan als we getuige zijn van Siegfried, een drakendoder, die net een draak heeft bedwongen. De draak gooit het op een akkoord met Siegfried en probeert hem te overtuigen hem niet te doden in ruil voor onsterfelijkheid. Als Siegfried hem in de ogen kijkt, wordt de huid van Siegfried getransformeerd in een ondoordringbaar pantser. Daarop doodt hij de draak, maar is hij en zijn nageslacht voor altijd vervloekt met deze eigenschap. Jaren later volgen we het verhaal van Udo, de zoon van Siegfried die samen komt met 2 zielsverwanten. Samen willen ze jagen op de grootste draak ooit. Deze verschuilt zich echter in de zee en door zijn immense grootte, wordt dit dus verre van een evident avontuur. Een bezoek aan de binnenkant van de draak is onontkomelijk.. Meestal worden draken geassocieerd met vuurspuwende wezens en dat is meteen hun grootste gevaar. Dit album gaat echter een stapje verder en voegt er onder andere ook de gevaarlijke blik (draak komt van het Griekse ‘Drakon’ wat een afgeleide van ‘staren’ is) aan toe die je kan betoveren. Dit is 1 van de vele interessante zaken die het verhaal spekken. Scenarist Mathieu Gabella (De beul, De eenhoorn, Zij schreven geschiedenis,…) gaat verder dan het klassieke beeld die we van draken kennen en bouwt er een leuk verhaal rond. Zo hebben draken elementen in hun lichaam die speciale gaven bieden en haalt hij niet enkel vliegende draken naar boven, maar ook zeedraken en hybrides (half draak-half andere wezens). Via flashbacks komen we telkens meer te weten over het leven van Udo waarbij het verhaal meer diepgang krijgt. Dit alles is omkaderd in een prachtige, sfeervolle omgeving door de hand van nieuwkomer Christophe Swal en inkleurder Simon Chamelovier (Zeven, Walkyrie,..). Zo wordt de binnenkant van de draak origineel weergegeven: een gewelfd gehemelte, een omgekeerde kathedraal als huig, … het maakt het zowaar interessant om daar een kijkje te gaan nemen. Dit is een mooie springplank naar een nieuwe reeks die hopelijk blijft te onderhouden zoals dit eerste album. Knap staaltje fantasie !