De aartsengel

In Jeruzalem is de ontdekking van het graf van de apostel Jacobus de Mindere uitgelopen op een drama. Simon Cohen, de ontdekker ervan, kwam om bij de ontploffing van zijn laboratorium waar hij de resten onderzocht van wie mogelijk de eigenste broer van Christus was. Deze aanslag werd uitgevoerd in opdracht van Christus Causa, een radicaal katholiek groepje dat het niet kon verdragen dat men de maagdelijkheid van Maria in vraag stelde. Sarah Cohen, geneticus en weduwe van Simon, zet het onderzoek van haar man verder. Ze gaat op zoek naar een reliek van Christus om het DNA van Jezus te vergelijken met zijn veronderstelde broer. Vader Gabriël, die zich tot de religie keerde nadat hij lijfwacht was voor een gouverneur, die naderhand president van de Verenigde Staten werd, wordt met geweld gerekruteerd door Christus Causa. Eens binnen de organisatie beseft Gabriël de dreiging die boven Sarah hangt en besluit haar te beschermen tijdens haar zoektocht, hoe gevaarlijk en profaan die ook is. Van de waanzin van Hitler tot de fratsen van generaal Patton, het onderzoek van Sarah en Gabriël zal ze op de duistere zijpaadjes van de geschiedenis leiden.