Meer info
Fabien is suppoost in het Louvre. Sinds kort heeft hij een relatie met Mathilde. Haar familie wil Fabien per se een schilderij laten zien dat al decennialang op zolder staat te verstoffen, gemaakt door hun voorvader Gustave. Het blijkt een weinig imposant doek van een schele hond. Zou dat niet prachtig staan aan de muur van het Louvre? Fabien wil zijn schoonfamilie niet teleurstellen, maar hij ontdekt al snel dat hij dat beter wel had kunnen doen.
"Mijn favoriete Louvre-strip. Een pakkend verhaal over de vraag: wat is goede en wat is slechte kunst? Waarom mag het ene werk wel in het Louvre hangen en het andere niet? Heel grappig en ontroerend."
– Judith Vanistendael
Warmbloedige komedie van de auteur van onder meer Het grondrecht, De val en De onwetenden, een van de meest getalenteerde stripmakers van zijn generatie. Speelse en tegelijk tot nadenken stemmende strip over de meerwaarde van kunst.
In het Nederlands verschenen uit deze collectie eerder bij Stichting Zet.El:
- IJstijd van Nicolas de Crécy (2014)
- De hemel boven het Louvre van Bernar Yslaire en Jean-Claude Carrière (2017)
- De krochten van het Vourlé van Marc-Antoine Mathieu (2019).
Bij andere uitgeverijen verschenen daarnaast De wachters van het Louvre van Jiro Taniguchi (2015), Moeder met kind van Christian Lax (2020) en Atan van Kea van Judith Vanistendael (2022).
"Je bent gespannen," zegt Mathilde, en hoewel Fabien het ontkent, heeft hij alle redenen om gespannen te zijn op deze TGV-reis van Parijs naar Angers. Hij gaat de familie van zijn vriendin ontmoeten, inclusief haar twee broers, haar vader, de huishoudster, en raakt verstrikt in een complexe situatie. Als bewaker bij het Louvre, na bespot te zijn door de inwoners van Angers over zijn beroep en een misinterpretatie van zijn humoristische opmerking, wordt hij meegenomen naar de trots van de Benion-familie: hun meubelwinkel en vooral hun stervende grootvader, de oprichter van hun nouveau riche dynastie. Tijdens deze beproeving haalt een van de broers een verschrikkelijk schilderij uit een kist op zolder en vraagt Fabien om zijn mening, die hij probeert te ontwijken met jargon. Helaas vat zijn aanstaande familie dit op als een lofzang, erger nog: als een belofte. Zonder dat hij het zich realiseert, heeft de jonge man zojuist beloofd om "De schele hond" in het Louvre tentoon te stellen voordat de grootvader sterft, en de Benions zullen hem zeker herinneren aan zijn "belofte".
Wat begint als een alledaags liefdesverhaal, verandert in "De schele hond" in een humoristische kunstzinnige wandeling met de introductie van het Louvre en zijn diverse bewonderaars. Fabien wandelt door de museumzalen, gefascineerd en enigszins blasé, vergezeld door de mysterieuze meneer Balouchi, en leidt de lezer naar een overdenking over kunst en de perceptie ervan, evenals de redenen waarom een werk daar zou kunnen hangen. Auteur Etienne Davodeau verandert het verhaal geleidelijk in het absurde, tussen de bizarre eisen van de familie en de hulp van een geheimzinnige geheime samenleving die plots in het leven van de hoofdpersoon verschijnt. Alleen de fijn geobserveerde scènes tussen de geliefden bieden een realistische basis in dit eigenzinnige verhaal.
Een liefdesverklaring aan het Louvre, "De schele hond" brengt een vleugje waanzin in de Parijse routine
